Wat Vlaanderen kan leren van het Weense model voor betaalbare huisvesting (17/05/2025)
Wie vandaag in Vlaanderen een sociale woning nodig heeft, kijkt aan tegen een wachtrij van bijna 200.000 mensen. Een cijfer dat niet alleen schrijnend is, maar ook een pijnlijk symptoom van een fundamenteel beleidsfalen.
Terwijl het recht op wonen internationaal wordt erkend als een mensenrecht, behandelen we huisvesting in de praktijk steeds vaker als een investeringsmarkt. Alsof een dak boven je hoofd een luxeproduct is, in plaats van een basisbehoefte.
En dat terwijl wonen, net als onderwijs en gezondheidszorg, een grondrecht moet zijn. Het feit dat duizenden gezinnen, jongeren, alleenstaande ouders en ouderen jarenlang in onzekerheid moeten leven, tart elke morele verantwoording. De recente toename van de wachtlijsten met 30 procent benadrukt dat de vrije markt alleen deze wooncrisis niet kan oplossen. Er is nood aan politieke moed en structurele hervormingen.
Gelukkig kunnen we leren van positieve voorbeelden. In steden als Wenen wordt bijna de helft van het woningaanbod beheerd door de overheid of coöperatieven. Ook Singapore bewijst dat overheden, door strategisch in te grijpen, kwaliteitsvolle, betaalbare woningen voor iedereen toegankelijk kunnen maken. Op basis daarvan stel ik voor dat België kiest voor een ambitieus en toekomstgericht plan: Betaalbaar Wonen 2040.
Dit plan zou het recht op wonen expliciet verankeren in de grondwet of Vlaamse Wooncode. Daarnaast moet er een massale bouwgolf komen van sociale én betaalbare woningen, met als doel het aandeel sociale woningen tegen 2040 te verdubbelen. Versnelde procedures, grondbanken, publiek-private samenwerkingen en het opleggen van huurzones per wijk zijn broodnodige instrumenten om speculatie te beperken en wonen weer bereikbaar te maken.
Belangrijk is ook dat we gemengde wijken creëren. Geen getto’s van sociale woningen, maar buurten waar architecturale kwaliteit, diversiteit en samenleven centraal staan. Zo doorbreken we het stigma rond sociale huur en bouwen we aan een warme samenleving waarin iedereen meetelt.
De wachtlijsten zijn geen natuurverschijnsel. Ze zijn het gevolg van jarenlange politieke keuzes – en van structurele tekorten die niet uit zichzelf zullen verdwijnen. Toch is verandering mogelijk. Als we de lat hoger leggen en duidelijke keuzes maken, kunnen we het tij keren. Andere landen bewijzen dat een actief, rechtvaardig woonbeleid niet alleen haalbaar is, maar ook een enorme maatschappelijke meerwaarde oplevert: stabielere gezinnen, minder armoede, meer sociale cohesie.
Het pad naar beter woonbeleid zal niet zonder obstakels zijn. Maar met visie, volgehouden inzet en een beleid dat wonen opnieuw als fundamenteel recht benadert, kunnen we stap voor stap bouwen aan een samenleving waarin betaalbaar en kwaliteitsvol wonen geen privilege is, maar opnieuw de norm. De eerste stap is eenvoudig: erkennen dat iedereen recht heeft op een thuis. Van daaruit kunnen we groeien.
Bron: Het Belang van Limburg